Skip to content

Hoe Feyenoord City een sociaal project werd

Tekst: Pieter

‘Zeker waar’ zegt de ingehuurde zelfstandig consultant tegen de Rabobank-directeur. ‘De locatie van jullie nieuwe hoofdkantoor midden in de Rijnhaven is absoluut geen logische keuze. Maar wel een hele mooie!’

Directeur: ‘Dat is voor ons het belangrijkste: dat we weer meetellen. Vroeger was de Rabobank hier in de stad echt van de mensen, we zijn dat gevoel een beetje kwijtgeraakt. Door een nieuw kantoor op een A-locatie denken we weer in the picture te komen. Met alleen renoveren komen we daar niet en een nieuw gebouw trekt ook wel lekker de aandacht.’

Consultant: ‘Maar nu de vergunning nog zien te krijgen. Jullie laatste drie aanvragen hiervoor zijn mislukt, één keer zelfs omdat jullie eigen Rabobank net op tijd inzag dat het kantoor er zelf aan failliet kon gaan. En dan toch nu de moeilijkste locatie uitkiezen: lef kan jullie niet worden ontzegd.’

Directeur: ‘Dankjewel. Wij denken dat we onze ledenraad, die midden in de samenleving staat, moeten inzetten om de gemeenteraad onder druk te zetten. Dan komt het wel goed met die vergunning.’

Consultant: ‘Het is heel erg leuk dat jullie als coöperatie leden hebben, maar daar zal je de gemeente niet mee overtuigen. Ook de vele tonnen die jullie jaarlijks doneren aan de Rotterdamse gemeenschap via het RabobankRotterdamFonds, zullen jullie niet helpen. Het is heel nobel, maar daar kan je niet nu opeens iets voor terugvragen. We moeten echt groter gaan denken. In de beeldvorming moeten jullie meer worden dan alleen een coöperatieve bank.’

Directeur: ‘Ik luister.’

Consultant: ‘Bij Feyenoord heb ik dat twee jaar terug ook gedaan. Het gaat echt alleen om de beeldvorming, framing. De gemeente heeft een probleem en een institutie als Feyenoord gaat de gemeente met dat probleem helpen. Bij hen heb ik de koppeling naar het sociaal domein gemaakt, waar de gemeente sinds 2015 volledig voor verantwoordelijk is. Wmo, jeugdhulp, participatie: allemaal taken die de gemeente eigenlijk boven het hoofd groeien. Alle hulp is daar welkom. Ons grotere verhaal was dat wij door Feyenoord City tienduizenden kansloze kinderen en volwassenen actief gaan laten sporten en dat men door die activering een betere kans op een baan krijgt. Ook hebben we toen de belofte gedaan om bij de nieuwe sportvereniging 50 mensen aan het werk te zetten en dat we dependances gaan openen in de 7 slechtere wijken op Zuid. Hierdoor zou het onderlinge contact en de sociale cohesie in de wijk toenemen.’

Directeur: ‘Maar Feyenoord is een commerciële voetbalclub waar spelers miljoenen verdienen. In ruil voor een vergunning gaat Feyenoord zogenaamd allerlei sociale problemen op Zuid oplossen. Dat geloofde men toch zeker niet?’

Consultant: ‘En of men het geloofde! Niet alleen kregen we toestemming voor die opmerkelijke locatie in de rivier, puur uit prestigeoogpunt gekozen. Ook kregen we nog een zak met geld van de gemeente toe!’

Directeur: ‘Hoezo, geld toe?’

Consultant: ‘Kijk, bij renovatie van het toenmalige stadion had de club helemaal geen geld nodig. Maar voor dit nieuwe stadion lukte het niet om via marktpartijen voldoende geld te verkrijgen. De gemeente moest dus wat bijschuiven. We kregen de gemeenteraad toen zo gek om met ons een contract af te sluiten: de position paper. Hierin stelden de gemeenteraadsleden een aantal eisen waaraan Feyenoord moest gaan voldoen. Wij gaven hen hiermee het gevoel dat ze in control zijn. Maar de 135 miljoen euro die ze in ruil daarvoor beschikbaar stelden, waren voor ons essentieel. Feitelijk kochten we daarmee tijd om onze plannen door te zetten.’

Directeur: ‘Dus onze Rabobank moet in de 7 slechtere wijken op Zuid kleine bijkantoren gaan openen en daar uitleg gaan geven over omgaan met geld? Over hoe je schulden kan voorkomen?’

Consultant: ‘Bam! Je hebt het helemaal door. Dat wordt jullie sociale gezicht. Ruim vijftien procent van de huishoudens in Rotterdam leeft in armoede. De gemeente staat al jarenlang machteloos: dit probleem is structureel. Jullie hulp zal men absoluut verwelkomen. Dus jullie moeten ook echt meer basisscholen gaan bezoeken, dat staat goed in de beeldvorming. Jullie gaan op basisscholen gastlessen geven over sparen en het belang van tijdig je rekeningen betalen. Ook gaan jullie zogenaamd intensief samenwerken met de Kredietbank en de afdeling Schulddienstverlening van de gemeente. Dan nodigen we de pers daarbij uit en strooien we met wat cijfers over vooruitgang op Rotterdam-Zuid.’

Directeur: ‘Maar kijk, we zijn een commercieel bedrijf. Onze core business is en blijft geldzaken regelen. Het is dus zeer de vraag of wij ons in de praktijk wel met die maatschappelijke doelstellingen kunnen gaan bezighouden. Wat gebeurt er dan met die vergunning, als wij onze beloftes niet nakomen?’

Consultant: ‘De gemeenteraad gaat die vergunning echt nooit meer intrekken wanneer jullie eenmaal dat futuristische ontwerp in de Rijnhaven neerzetten. Deze framing is vooral bedoeld om beweging in het project te krijgen. Geloof me: uit liefde voor de stad is men soms blind voor alle risico’s en nadelen die er aan verbonden zijn. Het hart wint het simpelweg van het verstand bij prestigieuze bouwprojecten.’